Lesedauer 9 Minuten  

Steeds meer paardeneigenaren willen gerichter kunnen inspelen op de individuele behoeften van hun paard – zowel bij (chronische) gezondheidsproblemen zoals luchtwegklachten, huidaandoeningen of spijsverteringsproblemen, als bij alle emotionele thema’s.

Want ondanks goede medische of natuurgeneeskundige begeleiding blijven er vaak vragen open:
Waarom reageert het ene paard zo sterk op prikkels van buitenaf, terwijl een ander volledig ontspannen blijft?
Waarom genezen sommige klachten langzamer dan verwacht?
En waarom slaat een therapie bij het ene paard meteen aan – terwijl een ander er nauwelijks op reageert?

Ayurveda kan hier nieuwe perspectieven openen: met een blik op het paard als uniek individu. Een benadering die huisvesting, training, mentale gesteldheid, spijsvertering en voeding in gelijke mate meeneemt – want al deze factoren hangen rechtstreeks samen en beïnvloeden de gezondheid.

De ayurvedische kijk is erop gericht het natuurlijke evenwicht in het organisme te behouden of – als het verstoord is – dit voorzichtig te herstellen.

Wat is Ayurveda?

Veel mensen associëren Ayurveda eerst met wellness, yoga of bittere kruidenthee – en dat is niet eens zo verkeerd. In feite hoort dat allemaal bij het oudste overgeleverde medisch systeem ter wereld, dat in India al meer dan 3.000 jaar wordt beoefend.

In de humane geneeskunde heeft Ayurveda zich al lang gevestigd als aanvulling op de reguliere geneeskunde en is het uit de wellnesshoek gegroeid.

In de natuurgeneeskunde voor dieren staat deze aanpak in westerse landen nog in de kinderschoenen. In India daarentegen worden dieren traditioneel ayurvedisch behandeld – met kruiden, soortgeschikte voeding en manuele toepassingen – en met opmerkelijke behandelresultaten.

Centraal staat daarbij niet de behandeling van afzonderlijke symptomen, maar het begrijpen van het levende wezen als geheel – zijn levenswijze, omgeving en individuele constitutie.

Voor paarden betekent dit: huisvesting, training, voeding en behandeling moeten altijd afgestemd worden op de individuele constitutie.

Ayurveda is daarmee veel meer dan alleen het voeren van kruiden – het is een levenswijze. Een houding die ons en onze dieren ziet als onderdeel van het grotere geheel, waarin de macrokosmos zich weerspiegelt in de microkosmos.

Basis van Ayurveda

Ayurveda betekent „de kennis van het leven“ (Ayus = leven, Veda = kennis).
De leer is gebaseerd op de vijf elementen – ruimte (ether), lucht, vuur, water en aarde. Daaruit ontstaan de drie fundamentele werkingsprincipes: Vata, Pitta en Kapha – de zogeheten dosha’s.
Deze drie dosha’s werken in elk organisme als bio-energieën. Ze beïnvloeden spijsvertering, stofwisseling, gedrag, temperament, ziektegevoeligheid en niet in de laatste plaats de voederbenutting.

Elk paard heeft zijn eigen dosha-constitutie, die herkend en gerespecteerd moet worden. Wie zich ooit heeft afgevraagd waarom twee paarden in dezelfde stal op hetzelfde voer verschillend reageren, raakt onbewust een kernprincipe van Ayurveda: wat het ene paard goed doet, kan bij het volgende precies het tegenovergestelde effect hebben. Terwijl gember bij het ene paard harmoniserend werkt, kan het bij een ander de klachten zelfs versterken. Niet elk paard profiteert van één uniforme behandelaanpak – ook niet als die op natuurlijke middelen is gebaseerd. Een blik op de dosha’s verklaart waarom dat zo is.

De drie dosha’spaarden“persoonlijkheden“ in Ayurveda en het hart van de leer

De sleutel tot het begrijpen van Ayurveda ligt in de leer van de drie dosha’s. Het begrip „dosha“ kan letterlijk als „fout“ worden vertaald en betekent in feite „datgene wat problemen veroorzaakt“. De dosha’s worden ook bio-energieën genoemd, die zowel de lichamelijke als de geestelijke processen van een individu aansturen.
Je zou ze kunnen vergelijken met muziekinstrumenten die samen een harmonisch klankbeeld vormen. Opdat ze niet vals klinken, moeten ze op elkaar zijn afgestemd. Als één instrument te veel domineert of de verkeerde tonen speelt, raakt het hele klankbeeld uit balans en ontstaan er dissonanten. (vgl. Dr. med. Ernst Schrott, Ayurveda für jeden Tag, Mosaik Verlag 1994, p. 11)

Elke dosha is werkzaam in alle cellen, weefsels en organen van het lichaam, maar ook in de psyche. Een Ayurveda-therapeut zal daarom de geestelijke gesteldheid van zijn patiënt altijd betrekken bij zijn overwegingen voor de behandeling en zich niet beperken tot de lichamelijke symptomen van een aandoening. Zo heeft ieder levend wezen zijn eigen, individuele natuur, die ook bepaalt voor welke ziekten het vatbaarder is dan andere.

Het Vata-paard – licht, gevoelig, beweeglijk

Voskleurig paard in galop
Licht, snel en gevoelig: het Vata-paard. © Adobe Stock / Svetlana

Vata-paarden zijn rank gebouwd, fijnzinnig en vaak van nature gevoelig. Ze zijn levendig, soms nerveus of schrikachtig, maar tegelijk heel nieuwsgierig.

Ze leren snel, maar zijn ook gemakkelijk af te leiden. Vata-dieren reageren zeer sterk op veranderingen, weersomslagen of emotionele spanningen in de stal. Hun hechte band met de mens blijkt uit hun grote fijngevoeligheid voor lichaamstaal en emoties van hun eigenaar.

Qua gezondheid zijn Vata-paarden vatbaar voor een onregelmatige spijsvertering, die zich kan uiten in verstopping, winderigheid, mestwater of koliek. Ook het bewegingsapparaat geeft vaak klachten zoals spierstijfheid of gewrichtsproblemen.

Voedingstips voor Vata-paarden:
Een rustige, regelmatige voederopname zonder kuddestress is essentieel. De spijsvertering van Vata-paarden werkt continu, maar is eerder gevoelig en minder krachtig. Daarom is lichte, voedende en verwarmende voeding belangrijk – met speciale focus op hoogwaardig ruwvoer. Het krachtvoer mag best wat vochtiger zijn, want Vata-paarden hebben vaak last van te droog voer. Goed geschikt zijn bijvoorbeeld geweekt hooi of esparcettecobs.
Tijdens intensieve trainingsfases kun je beter geen snoepjes geven, omdat Vata-paarden dan moeite kunnen hebben om het voer goed te verteren.

Het Pitta-paard – sterk, ambitieus, temperamentvol

Zwart warmbloed op een herfstweiland
Atletisch, bereid tot presteren en met een sterk doorzettingsvermogen: het Pitta-paard. © Adobe Stock / anjajuli

Pitta-paarden zijn atletisch, prestatiegericht en hebben een uitgesproken doorzettingsvermogen. Ze branden voor hun taak – soms zó dat ze letterlijk “opbranden”. Hun temperament maakt ze af en toe koppig of dominant: ze zoeken duidelijke leiding en waarderen een soevereine, betrouwbare mens aan hun zijde. Voor hun vaste persoon gaan ze “door het vuur” – ze zijn loyaal, intelligent en fair in de omgang.

Hun actieve aard brengt ook lichamelijke uitdagingen mee: Pitta-paarden hebben neiging tot ontstekingsachtige huidaandoeningen, en tot spijsverteringsproblemen zoals diarree of verzuring.

Voedingstips voor Pitta-paarden:
Pitta-paarden hebben een sterk, “brandend” spijsverteringsvuur – ze hebben doorgaans goede eetlust en verdragen meestal grotere voerhoeveelheden, aangepast aan ras en trainingsniveau. Voedselpauzes moeten absoluut vermeden worden, omdat ze anders neigen tot zuurvorming en maagzweren.
Bij een overschot aan Pitta zijn verkoelende kruiden zinvol, terwijl zuurhoudende componenten (bijv. kuilhooi/heulage) beslist vermeden moeten worden.

Het Kapha-paard – rustig, krachtig, sober

Een koudbloed op de weide
Rust en stabiliteit: het Kapha-paard. © Adobe Stock / Gottfried Carls

Kapha-paarden stralen rust en stabiliteit uit. Ze zijn robuust, evenwichtig en in zichzelf verankerd – maar vaak ook wat zwaarlijvig of traag. Met hun sterke, stabiele bouw behoren ze tot de meer sobere en vredelievende typen. Ze hebben echter gerichte motivatie en regelmatige beweging nodig, anders ontstaan traagheid, overgewicht en stofwisselingsproblemen.

Typisch voor Kapha is een neiging tot slijmvorming – zowel in het spijsverteringskanaal als in de luchtwegen. Een teveel aan Kapha kan zich uiten in symptomen zoals slijm in de longen, oedeem, overgewicht of jeuk.

Voedingstips voor Kapha-paarden:
Kapha-paarden hebben een eerder trage spijsvertering. Hun voeding moet daarom licht verteerbaar zijn, de stofwisseling activeren en zo sober mogelijk blijven.
Energierijk krachtvoer en oliën kun je beter vermijden, evenals sterk bevochtigende voeders, omdat die het Kapha-principe verder verhogen. Hooi- of esparcettecobs en mash dus niet overdreven nat aanbieden en alleen indien nodig.

Tip: Veel paarden laten mengvormen zien. Een ayurvedische constitutie-analyse helpt om de dosha’s en symptomen gericht toe te wijzen en individueel te behandelen.

Agni – het spijsverteringsvuur

In de ayurveda is Agni – het spijsverteringsvuur – doorslaggevend voor gezondheid en de voeding van alle weefsels. Het zorgt voor de omzetting van voer in energie, voedingsstoffen en stabiele weefselstructuren, én voor de dosha-balans.

Is Agni verzwakt of overbelast, dan kan Ama ontstaan – onverteerde resten die zich in het lichaam afzetten, de balans verstoren en de basis vormen voor chronische aandoeningen. Symptomen als doffe vacht, slijmerige mest, gebrek aan eetlust of terugkerende infecties zijn vaak terug te voeren op een verstoorde Agni.

Doel van de voeding is daarom Agni te versterken – door regelmatige, constitutie-passende voeding en gericht ingezette kruiden zoals Guduchi, Amalaki of Pippali. Naast een soort- en typepassende voeding kunnen ook ayurvedische massages zeer waardevolle ondersteuning bieden. De ervaringen met deze vorm van manuele therapie – afgestemd op ziektebeeld en constitutie – zijn vaak zeer raak en verdiepend.

Ayurvedische massages – helende aanraking voor evenwicht

Ayurvedische massages helpen de dosha-balans te stabiliseren, het spijsverteringsvuur te versterken en musculaire én energetische blokkades op te heffen. Afhankelijk van het type worden individueel afgestemde oliën en kruiden gebruikt die diep in weefsels en zenuwstelsel werken – kalmerend op Vata, verkoelend op Pitta of activerend op Kapha.
Zeker bij paarden met spierspanningen, stofwisselingsproblemen, aandoeningen aan de luchtwegen of algemene onrust kunnen deze toepassingen ondersteunen – zowel lichamelijk als emotioneel.

Uit mijn praktijk: “Een merrie met verhoogde Vata en geblokkeerde Pitta kwam na het openen van de Pitta-nadi door de massage merkbaar in haar evenwicht: rustiger, tevredener – en tegelijk weer bereid om te presteren. Haar ware Pitta-aard mocht zich eindelijk tonen. Ook haar al negen jaar bestaande spijsverteringsprobleem met mestwater en diarree begint zich langzaam te reguleren.”

Conclusie – Paarden holistisch begrijpen en weten wat ze nodig hebben

Ayurveda opent een diepgaande weg naar paardengezondheid.
Door elk dier te bekijken als individueel wezen – met eigen constitutie, geschiedenis, huisvesting, training en voeding – biedt ayurveda niet alleen verklaringen, maar ook praktische handvatten voor de dagelijkse praktijk op stal, voor voeding en voor therapie.

Juist bij paarden die “telkens weer opvallen”, zich moeilijk reguleren of onverklaarbare klachten laten zien, kan een ayurvedische blik nieuwe wegen openen. Wie zijn paard beter wil begrijpen, kan met een individuele constitutieanalyse de eerste stap zetten – en zo niet alleen symptomen verlichten, maar gezondheid holistisch bevorderen.

Claudia Selic-Köhler
Laatste berichten van Claudia Selic-Köhler (alles zien)