Lesedauer 13 Minuten  

Waar moet je op letten bij het zoeken naar een stal?

Aan een eigen paard kom je vaak sneller dan gedacht. Maar vervolgens de juiste stal vinden voor je geliefde viervoeter, is net zo zeldzaam als het winnen van de loterij. Als je de plaatselijke advertenties bekijkt, lijkt het in eerste instantie misschien niet zo moeilijk – je rijdt tenslotte dagelijks op weg naar je werk langs tientallen stallen. Maar zodra je naar de details kijkt, blijft er van het aantal stallen dat écht een paardvriendelijke huisvesting en verzorging biedt, nog maar een handvol over.

De eerste vraag die je jezelf moet stellen, is:

Open loopstal of gesloten box? Beide huisvestingsvormen hebben voor- en nadelen.

Heb je een jong paard dat veel beweging nodig heeft, dan is een paddock- of groepshuisvesting absoluut het overwegen waard. Heb je echter een ouder paard dat bijvoorbeeld vanwege zijn gebit dagelijks grotere hoeveelheden geweekte hooi- of grasbrokken moet krijgen, of een paard dat laag in rang staat en snel angstig is, dan vallen veel groepshuisvestingen al af, omdat zo’n paard daar vaak niet voldoende tot rust komt.

In dat geval is het beter om te zoeken naar een stal met aparte boxen waar de paarden overdag in kleine groepen op ruime uitlopen staan, maar ’s avonds weer in hun box komen. Een permanente boxhuisvesting is net zo dieronvriendelijk als een loopstal die door overbezetting, ongeschikte groepssamenstelling of slecht management tot chronische stress bij de paarden leidt.

Naast de juiste huisvestingsvorm spelen nog veel andere factoren een rol, zoals bereikbaarheid, ruwvoermanagement, bijvoeren, rijbaan, overdekte rijhal, buitenrijmogelijkheden en extra diensten zoals het voorstellen aan de hoefsmid.

Sommige van deze punten zijn vooral belangrijk voor de eigenaar. Het paard maakt het bijvoorbeeld niets uit of er een gezellig, verwarmd kantine is – voor de mens kan dat echter wel prettig zijn.

Andere punten hebben alleen betrekking op het paard, zoals de groepssamenstelling of de grootte van de uitloop. Sommige dingen zijn onderhandelbaar – misschien hoeft het geen stal met een overdekte binnenbak te zijn en volstaat een verlichte buitenrijbaan ook. Andere zaken zijn daarentegen een absolute no-go, bijvoorbeeld wanneer er regelmatig beschimmeld hooi wordt gevoerd.

Een stalwissel is een belangrijke beslissing en gaat voor het paard gepaard met aanzienlijke stress – net als voor de groep waarin het paard wordt opgenomen. In plaats van ergens te snel ‘ja’ te zeggen en er na zes weken weer weg te moeten, is het verstandiger om tijdens de stalselectie kritisch naar een aantal punten te kijken om te bepalen of de stal echt geschikt is. Liever iets langer zoeken of je op de wachtlijst laten zetten bij een goede stal, dan steeds van stal te wisselen omdat de eerste toch te duur blijkt, de tweede te ver weg is en de derde helaas helemaal niet geschikt is voor je paard.

Eerste overwegingen, nog voordat je de advertenties bekijkt:

Wat is mijn budget?

Je moet hier niet te krap rekenen, want naast de maandelijkse stallingskosten komen er ook nog reiskosten, hoefverzorging, dierenarts enzovoort bij. Om te voorkomen dat je financieel snel met je rug tegen de muur staat, is het belangrijk de stallingskosten realistisch te plannen en na te gaan of dit met je maandelijkse inkomen ook op de lange termijn haalbaar is. Veel stallen werken tegenwoordig met complexe prijssystemen, waarbij op de ‘basisprijs’ allerlei toeslagen komen, bijvoorbeeld als het paard in de winter op de paddock of weide mag (waarbij ‘weidegebruik’ en ‘naar de weide brengen’ soms apart berekend worden). Het is dus belangrijk kritisch te vragen wat er allemaal in de prijs is inbegrepen, zodat je geen nare verrassingen krijgt als blijkt dat de boxhuur weliswaar laag lijkt, maar strooisel, hooi, mesten of toegang tot de paddock helemaal niet inbegrepen zijn.

In eigen beheer of volpension?

Dit hangt meestal nauw samen met de pensionprijs. Ergens een plekje in eigen beheer doen of de paarden zelfs aan huis hebben staan is aanzienlijk goedkoper dan een stal met volpension. Je ruilt echter geld in voor werktijd. In de zomer is het uitmesten van paddocks vaak nog leuk – het weer is goed en de dagen zijn lang. Maar als je in de winter om 18 uur na een drukke werkdag op stal komt en met een hoofdlamp in de miezerregen mest moet rapen, heb je daarna waarschijnlijk weinig zin meer om nog te rijden. Veel mensen in eigen beheer merken al snel dat ze meer tijd kwijt zijn aan stalwerk dan aan hun paard. Vooral wie het druk heeft met werk of gezin, profiteert ervan als het dagelijkse stalwerk al gedaan is wanneer je bij je paard aankomt.

Wat moet de accommodatie bieden?

Ook dit punt heeft invloed op de maandelijkse kosten. Een stal die alleen bestaat uit een schuilstal en paddock zal meestal goedkoper zijn dan een accommodatie met binnenbak, buitenbaan en longeercircel. Het onderhoud van zo’n uitgebreide faciliteit kost immers ook geld. Aan de andere kant heb je weinig aan een goedkope, eenvoudige paddockstal als je daardoor de hele winter niet kunt rijden, omdat het na je werk al donker is voor een buitenrit of de geïmproviseerde rijbaan een groot modderpoel is. Het is dus verstandig om kritisch naar je eigen ambities te kijken: wil je het hele jaar door trainen? Of ben je eigenlijk vooral een buitenruiter die de rijbanen liever vermijdt? Het kan later frustrerend zijn om te betalen voor faciliteiten die je nooit gebruikt, maar het kan net zo vervelend zijn als je ontdekt dat het zonder een degelijke, verlichte rijbaan in de winter toch behoorlijk lastig wordt.

Hoe ver kan / wil ik rijden?

Een punt dat in het begin vaak wordt onderschat, maar na verloop van tijd behoorlijk op de zenuwen kan werken. Vooral wie graag dagelijks naar zijn paard wil, moet ervoor zorgen dat de stal dicht bij de woonplaats of de werkplek ligt. Hoe groter de afstand, hoe hoger de kosten (brandstof, autogebruik…) en hoe meer vrije tijd je op de weg doorbrengt. Wie toch al om beroepsmatige of privéredenen slechts twee- of drie keer per week naar zijn paard gaat, kan een wat langere reistijd in aanmerking nemen, als de stal verder perfect is. Wie alles in eigen beheer doet, zal echter snel op zijn limiet zitten als er dagelijks al twee uur van de kostbare vrije tijd opgaat aan autorijden.

Met deze vragen kun je de advertenties alvast filteren en alle aanbiedingen schrappen die sowieso niet in aanmerking komen. In de volgende stap gaat het om het bezoeken van de stallen en het controleren van de werkelijke huisvestings- en voeromstandigheden. Terwijl je over de faciliteiten van de accommodatie nog compromissen kunt sluiten (een solarium is een heerlijke luxe, maar niet levensnoodzakelijk), moet je bij huisvesting en voeding duidelijk voor ogen houden dat elk halfslachtig compromis op dit punt voor het paard later ziekte, lijden, pijn en aanzienlijke behandelingskosten kan betekenen.

Niet-onderhandelbare voorwaarden

Voeding

Must Have

  • Altijd toegang tot kwalitatief goed hooi
  • Geen schimmel in het hooi, geen giftige planten
  • Overdekt hooiopslag of met een hooinet/afdekvlies
  • Voldoende voerplaatsen zodat alle paarden altijd bij het hooi kunnen
  • Controle op de eetsnelheid met passende hooinetten

Optioneel

  • Weidegang in de zomer
  • Eventueel beperkte weidetijd of het gebruik van een graasmasker mogelijk
  • Bijvoeren met hooibrokken of therapeutisch voer mogelijk (bijv. voor senioren)

No Go

  • Kuil
  • Hooi voeren in maaltijden
  • Ruwvoerautomaten
  • Tijdgestuurde ruiven die regelmatig sluiten, waardoor de paarden geen ruwvoer krijgen
  • Daguitlopen zonder ruwvoeraanbod
  • Voeren van krachtvoer aan alle paarden, ook tegen de uitdrukkelijke wens van de eigenaar in
  • Iedereen in de stal voert alle paarden (de goedbedoelde wortel kan bij een paard van een ander hoefbevangenheid veroorzaken!)
Paarden eten samen hooi
Altijd toegang tot kwalitatief goed hooi is een must. © Adobe Stock / acceptfoto

Open loopstal

Must Have

  • Stevig gebouwde stal, aan de lange zijde open of met meerdere in- en uitgangen
  • Dikke, zachte, droge bodembedekking – als je op je knieën valt en dat pijnlijk is of je broek nat wordt, is de bodembedekking te dun of te nat en dus ongeschikt
  • Ligruimte groot genoeg zodat alle paarden tegelijk kunnen liggen (reken ca. 10 m² per paard, bij grote groepen met veel wisselingen liever meer)
  • Grote uitloop, bij voorkeur met paddock trail of zo gestructureerd dat de paarden elkaar goed kunnen ontwijken en er geen risico op blessures is
  • Stal en uitlopen worden dagelijks uitgemest
  • Waterpunt schoon, vorstvrij en altijd voor alle paarden toegankelijk; geen enkel paard mag in een hoek bij het water worden gedreven
  • Verspreide ruwvoervoerplekken zodat ook laaggeplaatste paarden rustig kunnen eten
  • Verharde bodem rond voerplekken en waterpunten zodat paarden in de winter niet in de modder hoeven te staan
  • Degelijke, stabiele omheining
  • Sociale groep zonder pesten, vreedzaam samen bij het voer of tijdens het rusten
  • Groepsgrootte past bij de grootte van de schuilstal en de uitloop
  • Groepssamenstelling afgestemd op de behoeften (sobere paarden / moeilijk op gewicht te houden paarden, merries / ruinen, jonge paarden / senioren etc.)
  • Integratie via een aparte integratieruimte en over een langere periode; geen plotseling “erbij zetten” van nieuwe paarden

Optioneel

  • Paddock trail met bewegingsprikkels
  • Meerdere schuilstallen, zodat paarden kunnen uitwijken of bij verschillende weersomstandigheden individueel beschutting vinden
  • „Paardentoilet“ zodat de ligplaatsen schoon blijven
  • Snoeihout om te knabbelen en heggen langs de omheining die afgevreten kunnen worden

No Go

  • Giftige planten zoals coniferen, taxus, robinia etc. in de uitloop of langs de omheining, zodat ze afgevreten kunnen worden
  • Te kleine schuilstal (minder dan 10 m² per paard)
  • Schuilstal met slechts één in- / uitgang, slechte ventilatie in de schuilstal
  • Ontbrekende bodembedekking
  • Natte bovenlaag in de potstal
  • Volledig onverharde uitlopen die in de winter veranderen in modderpoelen
  • „Omheiningsrommel” met geïmproviseerde palen, linten of vergelijkbare noodoplossingen
twee paarden op de wei
Een grote uitloop hoort bij elk open loopstal. © Mark / Adobe Stock

Stal met boxen

Must Have

  • Stevig stalgebouw met goed binnenklimaat
  • Boxen groot genoeg voor het paard dat er komt te staan
  • Goede luchtcirculatie in de stal (dak minstens dubbel zo hoog als de schofthoogte, ramen, paddockdeuren…), ook in de winter
  • Paarden komen van vroeg tot laat op een uitloop of in de zomer op de weide
  • Dikke, schone, droge bodembedekking (als je op je knieën valt en dat pijnlijk is of je broek nat wordt, is de bodembedekking te dun of te nat en dus ongeschikt)
  • Boxen worden dagelijks uitgemest en opnieuw opgestrooid
  • Hooi wordt gevoerd via opgehangen netten, hoekruiven of vergelijkbaar, zodat het niet in het stro wordt getrapt of bevuild
  • Goede verlichting
  • Vorstvrije, schone, goed werkende automatische drinkbakken
  • Vogelpoep wordt regelmatig verwijderd of er zijn mestplanken onder zwaluwnesten aangebracht
  • Veilige ramen voor paarden (kunststof, tralies of hoog genoeg geplaatst zodat paarden zich niet aan gebroken glas kunnen verwonden)
  • Uitbraakveilige boxen
  • Mest ruimen / vegen van de stal alleen als de paarden buiten staan
  • Op de daguitlopen ruiven of netten die constant gevuld zijn met hooi en voor alle paarden goed bereikbaar zijn
  • Dagelijks uitmesten van de daguitlopen
  • Watervoorziening op de uitloop
  • Verharde bodem op de uitloop, in elk geval rond de voer- en waterplekken
  • Degelijke afrastering rond de uitloop met een veilig hek

Optioneel

  • Uitloop aan de box (de uitloop bij de stal is slechts een “balkon” en vervangt niet de dagelijkse uitloop op een gezamenlijke paddock)

No Go

  • Paarden moeten door meerdere andere boxen worden geleid om buiten te komen; dit kan bij gevaar (bijv. stalbrand) levensgevaarlijk zijn en maakt elke gang een stressvolle ervaring als er onverdraagzame paarden in de andere boxen staan
  • Geen strooisel, stal wordt slechts sporadisch uitgemest, potstal
  • ’s Nachts geen hooi met het argument “het paard kan toch stro eten”
Drie paarden kijken over hun staldeuren
Een stevig stalgebouw met een goed binnenklimaat is een must have. © Adobe Stock/castenoid

Uitrusting van de accommodatie

Must Have


  • Afsluitbare voerkamer, alle voedermiddelen opgeborgen in goed afsluitbare containers (bijv. plastic tonnen)
  • Mogelijkheid om eigen voer te geven
  • Verlichting van minimaal de belangrijke paden en/of de poetsplaats, vooral voor noodgevallen (koliek enz.)
  • Goede sanitaire voorzieningen voor mensen
  • Verharde, voldoende ruime en schone poetsplaats, bij voorkeur met dak en verlichting (slecht weer, noodgevallen…)
  • Weiden goed onderhouden (mest verwijderen, maaien, bemesten…)
  • Weiden worden in de zomer niet tot op de grasmat afgegraasd en kunnen in de winter rusten (weide gesloten vanaf eind september)
  • Degelijke, stabiele weideafrastering
  • Bij weiden/paddocks langs wandelpaden dubbele afrastering of hagen om te voorkomen dat voorbijgangers paarden voeren

Optioneel

  • Opgeruimde, droge, verwarmbare zadelkamer
  • Buitenbak/longeercircel/binnenbak netjes en het hele jaar door bruikbaar

No Go

  • Ratten- of muizenkeutels in de voerkamer
  • Openstaand voer (muesli, brood…) dat ongedierte aantrekt

Binnenbak
Een binnenbak kan een argument zijn bij de keuze van een stal. © Daniel Strautmann / Adobe Stock

Allgemeen

Must Have

  • Stalhouder is bekwaam en vakinhoudelijk gekwalificeerd voor paardenhouderij
  • Stalpersoneel is vriendelijk in de omgang met de paarden en wordt deskundig aangestuurd
  • Verharde oprit / verharde paden op het erf, zodat men in de winter niet in de modder wegzakt
  • Stroom en water op het erf (vooral belangrijk bij noodgevallen in de winter)
  • Mogelijkheid tot individuele bijvoeding, met name voor senioren, zieke paarden enz.
  • Paarden kunnen bij groepshuisvesting gescheiden worden (bijv. in geval van ziekte), hetzij volledig, hetzij bijvoorbeeld in het weideseizoen wanneer een paard om gezondheidsredenen niet op de wei mag
  • Vrije keuze van hoefverzorger, zadelmaker, therapeut, dierenarts, trainer enz. om het paard de best mogelijke ondersteuning te geven

Optioneel

  • Selectief parasietenbeheer
  • Iemand woont op het erf om op te kunnen merken wanneer paarden uitbreken, een paard koliek heeft of vreemden het terrein betreden
  • Extra diensten zoals het opdoen van dekens bij paarden met eczeemdekens of in de winter, verbandwissel, voorstellen bij de hoefsmid enz. optioneel bij te boeken
  • Mooi, gevarieerd buitenrijterrein, vriendelijke buren

No Go

  • Rondslingerend afval/rommel (blessuregevaar!) zowel op de uitloop als op het erf – zeker als een paard uitbreekt en erin terechtkomt
  • Lek dak bij de schuilstal
  • Overvolle mesthopen
  • Algemeen verwaarloosd, slecht onderhouden terrein – vaak geldt dit dan ook voor de paardenhouderij
  • Onvriendelijke stalhouder / stalpersoneel

Meer over dit onderwerp: Hooivoerautomaten, tijdgestuurde hooiruiven & Co. – de revolutie op stal?

Team Sanoanimal